Met - de - vlam - in - de - pijp
4 -4 5 5 -5 5
Scheur - ik - door - de - bren - ner - pas
5 5 -4 4 4 -4 5
Met - mn - der - tig - ton - nen - die - sel
4 -4 5 5 5 -5 5 4
Ver - van - huis - maar - in - mn - sas
5 5 -4 4 -3 4 -4
Met - de - vlam - in - de - pijp
4 -4 5 5 -5 5
Door - die - ein - de - lo - ze - nacht
5 5 -4 4 4 -4 5
En - dan - moet - ik - ev - en - denk - en
4 -4 5 5 5 -5 5 4
Aan - mijn - vrouw - die - op - me - wacht
5 5 -4 4 -3 4 4
Het - is - niet - erg - om - hier - te - rij - den
5 5 5 -4 4 -3 4 -4 -4
Zo - veel - nach - ten - ver - van - jou
-4 4 -3 -3 -3 4 -4
Want - me - wa - gen - zal - me - breng - en
4 4 -3 -3 -3 4 -4 -4
Door - de - ne- vel - en - de - kou
-4 4 -3 -3 -3 4 -4
Als - je - thuis - bent - zul - je - zeg - gen
5 5 -5 -5 -5 6 -5 -5
Blijf - wat - lan - ger - als - het - gaat
5 5 -4 4 5 -5 6
En - je - weet - ik - zou - graag - wil - len
5 5 -4 -4 -4 5 -4 -4
Maar - dat - is - iets - wat - niet - be - staat
5 5 -4 -4 -3 4 -4 5
Met - de - vlam - in - de - pijp
4 -4 5 5 -5 5
Scheur - ik - door - de - bren - ner - pas
5 5 -4 4 4 -4 5
Met - mn - der - tig - ton - nen - die - sel
4 -4 5 5 5 -5 5 4
Ver - van - huis - maar - in - mn - sas
5 5 -4 4 -3 4 -4
Met - de - vlam - in - de - pijp
4 -4 5 5 -5 5
Door - die - ein - de - lo - ze - nacht
5 5 -4 4 4 -4 5
En - dan - moet - ik - ev - en - denk - en
4 -4 5 5 5 -5 5 4
Aan - mijn - vrouw - die - op - me - wacht
5 5 -4 4 -3 4 4